2 Kronieken 21:2

SVEn hij had broederen, Josafats zonen, Azarja, en Jehiel, en Zecharja, en Azarjahu, en Michael, en Sefatja; deze allen waren zonen van Josafat, den koning van Israel.
WLCוְלֹֽו־אַחִ֞ים בְּנֵ֣י יְהֹושָׁפָ֗ט עֲזַרְיָ֤ה וִֽיחִיאֵל֙ וּזְכַרְיָ֣הוּ וַעֲזַרְיָ֔הוּ וּמִיכָאֵ֖ל וּשְׁפַטְיָ֑הוּ כָּל־אֵ֕לֶּה בְּנֵ֥י יְהֹושָׁפָ֖ט מֶ֥לֶךְ־יִשְׂרָאֵֽל׃
Trans.wəlwō-’aḥîm bənê yəhwōšāfāṭ ‘ăzarəyâ wîḥî’ēl ûzəḵarəyâû wa‘ăzarəyâû ûmîḵā’ēl ûšəfaṭəyâû kāl-’ēlleh bənê yəhwōšāfāṭ meleḵə-yiśərā’ēl:

Algemeen

Zie ook: Israël (koninkrijk), Jechiel, Jehiel, Jeiel, Michael, Sefatja

Aantekeningen

En hij had broederen, Josafats zonen, Azarja, en Jehiel, en Zecharja, en Azarjahu, en Michael, en Sefatja; deze allen waren zonen van Josafat, den koning van Israel.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וְ

-

לֽ

-

וֹ־

-

אַחִ֞ים

En hij had broederen

בְּנֵ֣י

zonen

יְהוֹשָׁפָ֗ט

Jósafats

עֲזַרְיָ֤ה

Azárja

וִֽ

-

יחִיאֵל֙

en Jehíël

וּ

-

זְכַרְיָ֣הוּ

en Zecharja

וַ

-

עֲזַרְיָ֔הוּ

en Azarjáhu

וּ

-

מִיכָאֵ֖ל

en Míchaël

וּ

-

שְׁפַטְיָ֑הוּ

en Sefatja

כָּל־

allen

אֵ֕לֶּה

deze

בְּנֵ֥י

waren zonen

יְהוֹשָׁפָ֖ט

van Jósafat

מֶ֥לֶךְ־

den koning

יִשְׂרָאֵֽל

van Israël


En hij had broederen, Josafats zonen, Azarja, en Jehiel, en Zecharja, en Azarjahu, en Michael, en Sefatja; deze allen waren zonen van Josafat, den koning van Israel.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!